zondag 29 december 2013

Schwalbe

Luis Suarez is hot in Engeland. In de spits bij Liverpool schittert hij méér dan een huispak van Roy Donders. Zijn ster straalt ver: ook jongste raakte in de ban van zijn streken. 
"Ik sta voor Liverpool, voor wie sta jij?" vroeg hij, toen Match of the Day de samenvatting van Liverpool tegen Manchester City startte. Samen zagen we hem rennen en vliegen, Luis Suarez. 
"Vind je hem ook goed?", vroeg jongste toen de Uruguayaan close in beeld kwam. Ik zag de tandjes, het neusje, de schattige oogjes. Suarez keek me aan als een onschuldig konijn in de duinen bij Serooskerke. Zo speelt Luis ook zijn wedstrijden, als een duinkonijn: hij komt gezellig met zijn vachtje tegen je aan schuren, maar één verkeerde beweging en hij zet zijn kaken in je nek.
"Nou, hij werkt hard voor zijn team," antwoordde ik laf. In netelige situaties word ik vaker een CDA-voorzitter in verkiezingstijd.
Die middag daagde jongste me uit voor een partijtje. Hij was natuurlijk Suarez. Met de bal aan de voet kwam hij op me af. Het zag er schattig uit, maar ik besloot  niet in zijn trucjes te trappen. In een vloeiende beweging schoot jongste langs me heen. Hij kon zo scoren, maar ineens lag ie op de grond. Ik stond ernaast als een onschuldige voorstopper.
"Dat is een pingel!" riep oudste die net van zijn tennisles terugkeerde. Ik voelde het meteen, hier werd een duivels verbond gesloten. Ik was kansloos. Gretig schoot jongste de penalty binnen. Hij juichte schaamteloos en keek me met venijn aan. Het voelde als een pijnlijke beet in de nek. Vals duinkonijn.

vrijdag 27 december 2013

Pond gehakt

"En," vroeg een man met de just-out-of-bed-look-krullen van Tom Egbers, "heb je dit jaar nog leuke stadions bezocht?" Hij stelde de vraag aan een vent die naast me stond te wachten bij de slager. Hij leek op Mark Rutte.
"Genoeg," zei Rutte. Zijn pretoogjes begonnen nog harder te glimmen toen ie aan zijn lijstje begon. "Standard Luik, Leverkusen in februari, met de auto naar Brentford in het voorjaar." Rutte bleek een liefhebber.
"Je was toch ook naar Bayern geweest?" vroeg Egbers.
"Ja, voor de Champions League tegen City. Mooi stadion. Maar de mooiste was van Dukla Praag, daar zagen we de derby tegen Bohemians."
"Praag? Cool! Vier rundersaucijzen, graag," Egbers was aan de beurt.
"In november zijn we ook nog naar Deventer geweest," ging Rutte verder, "naar de Eagles. En we wilden ook naar de Euroborg, maar Gert mocht niet." Ik had geen idee waarom Gert niet naar de Euroborg mocht en ik hoopte dat Egbers dat zou vragen, maar die vond het nu tijd om voor te dragen uit eigen werk:
"Voor mijn verjaardag heb ik twee tickets gekregen voor Paris St. Germain. Van Anita. Ze wilde met me naar Parijs." Ik probeerde het me voor te stellen, Egbers en Anita, op een terrasje bij de Eiffeltoren.
"Was Zlatan goed?" vroeg Rutte, "eh..., de gourmetschotel van Van Vonderen, alstublieft." Hij was ook aan de beurt. Of Ibrahimovic goed speelde met Egbers en Anita op de tribune kreeg ik niet meer mee. 
"Zeg het maar, meneer," zei het slagersmeisje tegen me.
"Een pond gehakt, graag. Runds," zei ik. Het meisje had mijn bestelling in een oogwenk klaar. Met een pakketje gehakt verliet ik de slagerij. Maar met een nieuw lijstje in mijn achterhoofd. 
Nog te bezoeken stadions in het nieuwe jaar.

woensdag 25 december 2013

Goddelijk

Onder de kerstboom lagen de laatste cadeautjes van december. Tussen de scheurkalenders en het vrouwenluchtje, was er één pakje voor mij; twee mannenslips van een nieuw merk, CR7. 
Op advertenties in de krant en sporttijdschriften kwam hij regelmatig voorbij, Cristiano Ronaldo met een stoere onderbroek om de gespierde billen. In zijn ogen stond de blik van Hans Kraay jr. die op dolle duikavond Sophie betrapt met de winterschilder, maar het lichaam straalde alsof het 4x goud op de Spelen ging winnen, een magneet die acht uur per dag bloedmooie vrouwen van zich af moet slaan. Cristiano Ronaldo en zijn eigen onderbroekenlijn; het leek een gouden combinatie.
Boven, in de slaapkamer, trok ik het slipje aan. Maar hoe ik ook draaide voor de spiegel, ik zag hem niet verschijnen, die vrouwenmagneet. Mijn vriendin zag de Olympische kampioen evenmin. Het varkenshaasje dat vanaf de kerstdis als een godenzoon naar me had geknipoogd, zagen we wel. Hij hing nu als een verlept rolletje over de elastieken band. 
Ik wist het vantevoren. Als ik bij de kapper de foto van George Clooney aanwijs, lijk ik na een kwartier meer op de volleybal van Tom Hanks in Cast Away. Een wreed lot; een enkeling wordt als engel geboren, de rest moet het doen met een bochel en een hangend oog. Je kunt Ronald Koeman een pot brylcreem op de kruin smeren en in zeven Armani-pakken steken, Graziano Pellè wordt ie niet. 
Gisteravond, terwijl mijn vriendin al in bed lag, probeerde ik het nog één keer. Ik trok mijn buik in, pompte veel lucht naar mijn borstkas en nam de houding van Ronaldo uit de advertentie aan. In de spiegel leek het nu best wat. 
"Kijk eens, niet gek, hè?" vroeg ik.
"Slaap lekker, Cristiano," zei mijn vriendin, voordat ze zich dijenkletsend in de dekens draaide. 

dinsdag 24 december 2013

Kerst in Mönchengladbach

"Waarom eet je niet, Luuk? Vind je de hazepeper niet lekker?"
"Grmfff"
"Speciaal recept van Hanelore, de vrouw van de trainer."
"GRMFF!"
"Nou dan niet. Jammer. Van Kerstmis. En alle uren in de keuken, en zo."
"Sorry moppie, ik heb niet zo'n honger. En wil je de trainer erbuiten laten?"
"De trainer? Vanwege die wissel? Doe niet zo gek, joh!"
"Drie seconden. Hij liet me invallen voor drie seconden! Begrijp jij dat nou?"
"Invallen, uitvallen. Wat maakt het uit? Dan ga je toch weg bij Gladbach. Ik hou je niet tegen. Ze hebben hier geeneens koopzondag."
"Waarheen dan?"
"Siem had toch gebeld. Dat Ronald de Boer je wilde hebben."
"Frank."
"Frank wie?"
"Frank de Boer."
"Whatever. Maar Ajax wilde je toch. In de winterstop."
"Ajax scoort weer volop. Bovendien hebben ze Riedewald."
"Riedewald?"
"Ja, Riedewald. Die kan goed invallen. Hij scoorde zondag twee keer."
"Riedewald. Dat klinkt als een schaatser. Goud op de 1500 meter voor Riedewald!"
"Dan ga ik nog liever naar PSV."
"PSV? Iew! Dat is Eindhoven, Luuk! Dan kunnen we net zo goed in Mönchengladbach blijven."
"....."
"Kop op, schatje! Kom, zie je daar die mistletoe? We gaan eronder staan!"
"Laat me nou, moppie."
"Kom op, Luuk! Dan mag je me een zoen geven. Het duurt maar een paar seconden!"
"Een paar seconden?"
"Ja, een paar seconden. Wat is daar mis mee?"
"GRMFFF!"

maandag 23 december 2013

Borstreclame

Ze zat achter me op de tribune, in het vak waar de fanatiekste supporters zaten. We keken naar Juventus tegen Internazionale. Een wedstrijd zoals je zo vaak ziet in de Italiaanse Serie A, traag en ballen die niet aankwamen. Het bleef lang 0-0.  
Haar aandacht werd vooral getrokken door een speler van Inter. Een fanatieke jongen met een vrolijke oogopslag. Hij droeg felgekleurde schoenen en kwam vaak dreigend op langs de zijlijn. In de slotfase kwam hij vanaf rechts ineens in schietpositie. De opwinding achter me was voelbaar, haar nagels zetten zich schrap op mijn schouders. Het schot sloeg hard binnen, via de paal in de verre hoek. Juichend sprong ze op, alsof de titel nu bijna binnen was. Internazionale won deze wedstrijd, nu haar zoon had gescoord.
De nieuwe wedstrijden werden omgeroepen: op veld A Fiorentina tegen AC Milan, mijn team. Ik riep mijn Milanezen bij elkaar en gaf ze een hesje. Thijs, een kleine speler die toch dapper over het veld draafde, wist er wel raad mee. In tegenstelling tot Mario Balotelli, de echte Milan-ster die in zo'n overgooier verdwaalt als een kat in een vreemd pakhuis, gooide Thijs het gele hesje handig over zijn ranke schouders. Het woord Chocomel, dat bedoeld was als reclame op borsthoogte, bungelde bij hem op zijn knieën. Het zag er grappig uit; Thijs, de 5-jarige speler van AC Milan op het kerstzaalvoetbaltoernooi van de f'jes in een te ruim hesje. De moeder van de Internazionale-doelpuntenmaker zag  het ook. Ze wenkte me.
"Daar ga je zeker weer een stukje over schrijven," zei ze.

zaterdag 21 december 2013

Koning Voetbal

We keken naar een filmpje van Soufyane Touzani, de straatvoetballer die met een bal meer trucs uithaalt dan Hans Klok met zijn goocheldoos. De bal balanceerde moeiteloos op zijn voet, knie, schouder en hoofd. Oudste keek naar mij.
"Dat kun jij niet, hè pap?"
Ai, dat was tegen het zere been.
's Avonds, toen de jongens in bed lagen, bekeek ik het filmpje nog een keer. Het was duidelijk: dit vereiste een grondige aanpak. Diep van binnen stond de Gertjan Verbeek in mij stond op. Niemand kon me stoppen.
De volgende ochtend begon ik. Gedisciplineerd stortte ik mezelf in een Spartaans schema van trainen-eten-trainen-slapen. Dat viel nog niet mee. Na een week was ik zo ver dat de bal van mijn ene schouder op de andere wipte. Aardig, maar het was niet genoeg. Ik intensiveerde mijn aanpak. De bal werd mijn beste vriend. Hij balanceerde op mijn hoofd terwijl ik aardappelen schilde, ik hield hem in de lucht tijdens het veter strikken en in de AH woog ik de sperziebonen af met de bal stabiel in mijn nek. Ik was op een missie.
Gisteren, zo voelde ik, was het eindpunt bereikt. Meteen zag ik mijn kans schoon. De jongens speelden met enkele vriendjes een partijtje op de inrit. Ik sprong ertussen, veroverde de bal en liet hem over mijn kruin, elleboog en hak rollen. Vier paar ogen prikten in mijn rug, terwijl ik met de bal de cha cha cha danste. De voorstelling eindigde met een beenklem, ademloos wachtte ik het oordeel af.
Jongste floot bewonderend tussen zijn tanden.
"Die kan wel wat," zei een vriendje. 
Voldaan schreed ik terug het huis in. Ik zat weer op mijn troon.

donderdag 19 december 2013

Dijtjes

Frank de Boer, hij blijft me verbazen. De coach van Ajax brengt 's avonds niet alleen buffetkastjes uit de winkel van zijn vrouw naar klanten, hij staat ook nog uren in de keuken. De Voetbal International meldde deze week zijn specialiteit voor het kerstdiner: Indonesische kippendijtjes.
Heerlijk beeld. Frank de Boer, na de middagtraining op weg naar de Albert Cuyp. De balaannames van Serero en het schaven aan Mike van der Hoorn worden eind december verdrongen door de zoektocht naar de juiste ingrediënten. 
"Zeg marktkoopman, heeft u ook trassie?"
"Natuurlijk!"
"En rawit?"
"Meer dan genoeg! Dat wordt zeker ajam pedis-saus met kerst?
"Jazeker, met kippendijtjes. Doe er ook maar wat kroepoek bij. Fijne kerst!"
Hoe zou zo'n kerstdiner in Arnhem gaan? Peter Bosz, de Mike de Boer onder de eredivisietrainers, lijkt me ook wel een type voor de kerstkeuken. Peter maakt het beter staat er op zijn kookschort. In één armbeweging gaat  de eendenborst in de oven, alsof ie de rechtsback maant aan te sluiten naar het middenveld. Dan, met de rug tegen het aanrecht, nadenken over de tafelspeech. Iets met vrede, victorie en Vitesse in één zin. 
Of Ron Jans in Zwolle, dat wordt een kerstdiner van de Albert Heijn. Rollade met cranberrysaus, terwijl op de achtergrond een cd van Charlatans of Mokoke klinkt, een bluesband van daklozen uit Noord-Finland. De familie Van Basten versiert een gebraden houtduif op een zilveren schaal met iets van frambozenmousse op de rand. Voor Dick Advocaat hoeft het allemaal niet zo, dat gekokkerellebel. Voordat hij, in zijn gigantische villa, de eethoek heeft bereikt is het voorgerecht koud. Dat wordt een worstenbroodje aan de keukentafel. 
Phillip Cocu, dat lijkt me ook niet zo'n kookprins op kerstavond. Met rode konen schuift hij aan de dis. De coach van PSV, hij is al tevreden dat hij de kerst gehááld heeft.


Voor alle trouwe lezers en de eredivisietrainers: fijne feestdagen!

woensdag 18 december 2013

Sportgala

Okay, Epke Zonderland is de sportman van het jaar 2013. Laten we eerlijk wezen; als je de Cassina-Kovacs-Kolman achter elkaar kunt uitvoeren met het kapsel van Sjoukje Dijkstra, komt die titel je gewoon toe. Ik heb het wel eens geprobeerd, hier in de achtertuin. De schommels van het stellage gehaald en dan lekker even doorzwaaien om tempo te maken, loslaten en aanzetten voor een salto met een hele schroef. De landing, half op de barbecue en tussen de hortensia's, kostte me drie dagen ziekteverlof en een nieuw bovengebit.
Arjen Robben lijkt me ook niet het type voor de reuzenzwaai. Toch zat hij, als genomineerde, keurig op de eerste rij naast Epke. Het was een prachtig beeld; Robben driftig rondkijkend naar mogelijke vluchtelementen, maar toen had Dione het gala al gestart.
Een voetballer met een vlinderstrikje, dan moet ik sowieso altijd even gniffelen. Alsof Frans Bauer in Blaricum ineens het woord neemt op een partijcongres van de VVD. Arjen Robben, dat is een jongen uit Bedum die voor Bayern München voetbalt. Dat betekent doordeweeks op de training luisteren naar de grillen van Guardiola. Daarna in spijkerbroek en een jas van Tommy Hilfiger de kinderen uit school halen en 's avonds op de bank kijken naar een film met Katja Schuurman en The Voice of Holland. Geen sex voor de wedstrijd. Dat bewaar je voor de zaterdagavond, na de winst op Hannover of Nürnberg. Het is het hoogtepunt van de week voor een willekeurige Nederlandse voetballer. In de slaapkamer fluistert een vrouw in lingerie het commentaar van Hans van Zetten in je oor:
"En hij staat!"
Dichterbij de titel sportman van het jaar zal een voetballer nooit komen.

 

maandag 16 december 2013

Topografie

We keken met zijn vieren naar Studio Sport, voor de jongens de afsluiting van het weekend. Jongste zag Ajax zwoegen tegen Cambuur.
"Wordt dit in Cambuur gespeeld?" vroeg ie.
"Cambuur is geen stad. Ze spelen in Leeuwarden," zei oudste. Hij heeft wel eens een atlas op schoot. Jongste dacht na. Dit was nieuwe informatie. 
"Groningen, dat is toch wel een stad?" Hij richtte zich tot zijn broer.
"Ja," zei oudste.
"En Utrecht en ADO Den Haag?"
"Ook."
"En Gowètiegels?"
"Die zijn genoemd naar vogels. Roofvogels. Die hebben ze ook bij Vitesse, in Arnhem. Dat ligt in Gelderland," zei oudste. Ik vond dat ie goed op de hoogte was. De televisie toonde inmiddels de samenvatting van PSV tegen FC Utrecht. Het hoofd van Ji Sung Park kwam in beeld.
"Komt Park uit Polen?", vroeg jongste. Ik vond het een mooie combinatie, maar oudste moest nu passen. Hij keek vragend naar mij.
"Nee, uit Korea," zei ik, "een heel ver land."
"Ligt Korea naast Gelderland?"
"Nee, dat is een provincie," legde oudste uit, "een stukje van Nederland."
Jongste zuchtte zwaar. Dit viel niet mee, zo'n uurtje Studio Sport. De wereld was in zijn hoofd een warboel, maar hij werd gered door zijn moeder.
"Kom jongens, naar bed," zei ze toen Tom Egbers de uitzending afsloot, "morgen moeten jullie weer naar school."
Het gezicht van jongste klaarde op. School? Dat is vier straten verderop. Voorlopig vond hij dat ver genoeg.

zaterdag 14 december 2013

Taak

In het pupillenelftal van jongste speelt één meisje. Ze heet Femm, een goede naam voor een meisje. Voor de laatste seizoenswedstrijd, uit tegen Casteren F2, nam de coach haar even apart.
"Vandaag voorin blijven spelen, probeer er maar eentje te maken."
Femm is de enige speler van F9 die nog geen competitiedoelpunt heeft gemaakt. F9 is vorige week glorieus kampioen geworden met een doelsaldo waar de Rabobank de hik van krijgt, maar Femm had het net nog niet laten bollen.
Het zit ook niet opgesloten in haar spel. Ze deinst een beetje terug als  tegenstanders in volle ren op haar afkomen. Die zijn dan ook vaak al zes jaar, soms zelfs zeven. Haar taak in F9 ligt ook niet in een bloktackle of een fraaie solo. Ze heeft een andere rol. 
Het gebeurt als F9 opeens achterover leunt. Of zelfs per ongeluk met 0-1 achterkomt. Dat zijn de momenten van Femm. Dan gooit ze haar blonde paardenstaart in de strijd, een vrouwelijke oogopslag.
Het is als Carice van Houten die zich meldt op de filmset. Net als de regisseur die opeens meer kleur op de wangen krijgt en de cameraman die meer registreert, wordt er door de jongens na de tegengoal met meer energie afgetrapt. De tegenstander wordt met extra scherpte opgezocht. F9 kan ineens weer overrompelen. De jongens herstellen de schade en schieten verschroeiend, omdat het meisje kijkt.
Het team van jongste won ook de laatste wedstrijd, met 0-12. Ze kwam er een paar keer dichtbij, maar Femm scoorde niet. Toch stapte ze met een tevreden lach van het veld. De  taak was volbracht: haar jongens waren kampioen.

vrijdag 13 december 2013

Het is zoals het is

Er gaan dagen voorbij dat ik niet aan Berry van Aerle denk. Berry, dat is de tijd van de Opel Kadett, hele middagen aan het zwembad en cassetterecorders die liedjes afspeelden van Tears for Fears en Spandau Ballet. Mannen hadden nog een snor, ook ná november. Berry van Aerle was bijzonder, hij deed normaal. Hij denderde gewoon hard langs de zijlijn en gaf dan een voorzet. Gullit tikte ze binnen.
Van Aerle zag ik deze week op televisie. Hij was dikker, had een kaal hoofd en duwde een karretje een studio binnen waar een voetbalkwis werd gehouden. Er werd veel gejuicht in die studio. Bijvoorbeeld na een antwoord op een vraag over Kluivert of over de kont van Hennie Meyer. Op het karretje van Van Aerle stond een doos. De presentator haalde er een opgezette meeuw uit. Iemand begon hard te schreeuwen.
"Treijtel! Eddy Treijtel!"
Het publiek begon weer te juichen, er werden highfives uitgedeeld. Iemand gleed met zijn knieën over de studiovloer alsof hij het winnende doelpunt in een finale had gescoord. Mannen sprongen bij elkaar in de armen. De presentator vroeg wat de tussenstand was. Een meisje in een scheidsrechtershirt kwam naar voren. Terwijl ze de tussenstand in de Italiaanse taal vertelde, keek iedereen in haar truitje. Toen werd er weer een vraag gesteld. Over het WK van '82 en een stadion in België. 
Daarna werd het ineens stil. Doodstil. Iedereen keek naar een man op de tribune in een voorleesstoel. Het was Marcel van Roosmalen, een schrijver met lang haar en wallen onder zijn ogen. Hij las een verhaal voor over Theo Bos, de oud-speler van Vitesse die dit jaar overleed aan alvleesklierkanker. Uit het verhaal bleek dat Theo Bos ook een voetballer was die gewoon deed, net als Berry van Aerle. Toen de schrijver klaar was met het verhaal, gingen alle mensen staan. Ze klapten hard voor het verhaal over Theo Bos. De presentator, de deelnemers, de mensen op de tribunes; iedereen in de studio waardeerde dat enorm, normaal doen.
Maar dat deden ze zelf niet.

donderdag 12 december 2013

Latte machiato

Milaan, een stad om van te houden. Om twee redenen. De eerste vind je in het centrum. Niet op het plein voor de Dom. Daar zie je alleen Amerikanen in driekwartbroeken en Japanners die je vragen om een groepsfoto voor de basiliek. Nee, schiet achter de kerk de wijk in en raak verdwaald in een web van steegjes waar druivenstruiken tegen de gevels groeien en steeds meer mannen een krulsnor dragen. Je vindt er winkeltjes met terrasjes onder stoffen luifels en donkerbruine luiken naast de etalages. Op één ervan staat in mooie sierletters 'Il negozio di barbiere', de barbiershop van Giovanni en Allessandra di Terzi. Het is een paradijsje.
Een bezoek aan de kapperszaak van de familie Di Terzi, mooier kan de dag niet beginnen. De vingers van Giovanni, die met een vlijmscherp mes je hoofd ontdoen van baard-, neus- en oorharen terwijl op de achtergrond een aria van Verdi klinkt, het is een goddelijk genot.
Daarna, op het terras onder de luifel, als de aftershave nog in je poriën brandt, aanschuiven voor een latte machiato, die de barbiersvrouw voor je neerzet. Allessandra, een vrouw gehouwen uit siersteen, dáár had Buddingh eens een gedicht over moeten schrijven:

Vrede

Als zij met haar heupen wiegt
stopt het leven
alle tijd vervliegt

eenden staken het kwaken op het meer
de tijd staat stil
soldaten leggen hun wapens neer

als zij de heupen wiegt,
is voor oorlog niet langer een reden
in godsnaam,
geef haar de Nobelprijs voor de vrede


De tweede parel van Milaan ligt buiten de stad. San Siro. Speelplein van grootheden: José Altafini, Gianni Rivera, Marco van Basten. Na een roemrucht verleden met veel successen wil AC Milan een nieuwe weg inslaan. Gisterenavond werden de plannen duidelijk. Vanwege verminderde toestroom van fans wordt de tweede ring afgebroken. Het speelveld wordt ingekort tot een half veld en een hoek bij de cornervlag, de rest wordt toch niet gebruikt. Het is jammer, die teloorgang van Milaan. 
Maar mijn liefde voor de stad blijft intact. Door de knipbeurten van Giovanni. En het genot erna, de koffie van Allessandra.

maandag 9 december 2013

Inspireren

Sepp Blatter heeft het weer gedaan. De FIFA-baas kondigde een minuut stilte aan om Nelson Mandela te herdenken, maar na elf seconden lispelde ie al in de microfoon welke landen in pot 4 zaten. Ik geef het je ook te doen. Een minuut je muil houden terwijl de tepels van de presentatrice in je rug prikken.
Ik word er ook altijd een beetje ongemakkelijk van, van zo'n minuut stilte. Dan stond je op een veld naar je voetbalschoenen te loeren, doordat de secretaris van de club plotseling was overleden. Je diende hem te herdenken, maar het enige wat je te binnen schoot, was hoe hij de vrouw van de voorzitter in de billen kneep en dat hij altijd hard door de kantine boerde. 
Of het moment van stilte in het crematorium als je oudoom is overleden. Terwijl Borsato zachtjes zingt dat afscheid nemen niet bestaat, sta jij je af te vragen of je thuis de thermostaatknop wel omlaag hebt gedraaid en of er nog sjalotjes gehaald moeten worden voor de ovenschotel.
Nelson Mandela. Een minuut stilte is in zijn geval ook wat magertjes. Alsof je de honger van een olifant wilt stillen met een bolletje brie. Een zwarte verkeersagent in Kinshasa of een studente medicijnen uit de townships die baanbrekend werk doet in de strijd tegen Aids: er zullen duizenden momenten zijn die zijn leven herdenken. Mandela, dat is het allerhoogste podium. 
Sepp Blatter bereikt die hoogte niet. Hij dondert vooral van podiums af.

zaterdag 7 december 2013

De spits van Crystal Palace

Eén van de geneugten van het weekend, de zaterdagkrant. Ik kijk op van het sportkatern als jongste luidruchtig met zijn leukste Sinterklaascadeau speelt: FIFA 13. 
"Mooie pass!"
Op het televisiescherm zie ik spelers in een rood shirt elkaar de bal toespelen. Telkens is kort de naam in beeld van degene die de bal beroert. Ferdinand - Vidic - Giggs. Ik kijk verbaasd naar jongste als een poppetje in een geelblauw shirt de bal afpakt en de naam Abrahams oplicht.
"Abrahams? Wie is dat?" vraag ik. Jongste kijkt opzij alsof ik zojuist heb gevraagd of Van Persie een wasmiddel is.
"Dat ben ik. Dat zie je toch!" Op televisie zie ik Abrahams het centrum van Manchester United uitspelen en uitgekookt scoren met een stift.
"Hoe doe je dat?" vraag ik hem. 
"Zo'n stiffie? Dat heb ik je toch al uitgelegd," zegt jongste licht geïrriteerd. Onwetende vaders zijn lastig in duel met Rio Ferdinand.
"Nee, dat spel," ik wijs naar het beeldscherm, "hoe kom jij in dat spel terecht?" Jongste zet de wedstrijd op pauze en start het instellingenpaneel van het computerspel. Ineens zie ik hem vol in beeld onder het clublogo van Crystal Palace: Abrahams, aanvaller, staat er onder zijn profiel. Met een paar duimbewegingen verandert ie zijn haar van roodblond naar ravenzwart. Met het indrukken van een paar knoppen breng je tegenwoordig je ultieme fantasie in beeld.
Ik denk terug aan vroeger. Dat was bloed, zweet en tranen op het schoolplein. Een diepe schaafwond na een sliding, maar jezelf wijsmaken dat je Neeskens was.
Op het beeldscherm hervat jongste de wedstrijd. Abrahams dolt opnieuw de verdediging van de Engelse kampioen en schiet de bal langs De Gea in het kruis. Hij bevalt me wel, die spits van Crystal Palace.
"Waarom zo'n klein clubje en niet Bayern of Barca?" vraag ik nog.
"Je moet het rustig opbouwen," zegt jongste stoïcijns. 
Er zit nog een goeie kop op ook.

vrijdag 6 december 2013

Tietjes

Tijdens de WK-loting lieten ze er geen misverstand over bestaan. In Manaus, speelstad in een verre Braziliaanse uithoek, moest je niet verzeild raken. Manaus, het klonk als een duistere plek. Na twee dagen woest voor je uit kappen door de jungle, doemt de nederzetting voor je op. Een oneindige wirwar van straatjes met krakkemikkige huisjes, opgetrokken uit karton en golfplaten en dan het stadion. Een weiland waar overdag twee geiten en een os met drie poten grazen met aan vier kanten houten bankjes. Getimmerd door magere mannetjes die Felipe en Jesús heten. Felipe heeft een bochel.
"Daar moet je niet terechtkomen," zei Arno Vermeulen.
Maar Manaus, dat werd het niet. Het Nederlands elftal komt goed weg met wedstrijden in Salvador, Porto Alegre en Sao Paolo. Arjen Robben liet door de telefoon weten dat ie uitziet naar de hereniging met Iker Casillas. Jack en Van Gaal zeiden dat we opgelucht adem konden halen: we kunnen in Rio blijven.
Zo'n loting voor een WK, dat is sowieso geen sinecure. Voordat Oranje uiteindelijk in groep B belandde waren Pelé, een dikke zangeres, Zinedine Zidane, een dansgroep die een wedstrijd uitbeeldde, Geoff Hurst, veel filmpjes met leuke plekjes, een oude man met een wandelstok en baas Blatter gepasseerd. Het programma werd feilloos aan elkaar gepraat door twee tietjes met veel haar. De FIFA had goed nagedacht over wat mannen bezighoudt.
"Sexy voetbal," zou Ruud Gullit zeggen.
Met Ruud Gullit is het bruggetje naar Nelson Mandela zo gemaakt. Onwrikbaar beeld: Mandela met de glimlach van een kind achterop een golfkarretje op het WK van 2010 in Zuid-Afrika. De gekkigheid bij de loting vier jaar later bleef hem gelukkig bespaard.

maandag 2 december 2013

Woordenschat

"Zijn er veel mooie woorden?" vroeg oudste. Hij was bezig met een kruiswoordpuzzel. Ik ging er eens goed voor zitten.
"Ja, jongen. Onze taal barst van de woorden die glanzen van schoonheid."
"Noem er dan eens één, pap."
"Eh, .... ravotten. En kroontjespen, ginnegappen, en ... eh, vlaflip."
Oudste knikte begrijpend.
"Maar er zijn er nog veel meer," vertelde ik, "Binnenpretje bijvoorbeeld. Of stoeptegel, habbekrats, melancholie en naargeestig."
"Wat is dat, naargeestig?" vroeg oudste.
"Nou, denk maar aan een voetbalwedstrijd in Oost-Europa. Met veel lege plekken in het stadion. Het is onder nul, mannen met snorren in grauwe winterjassen. Betonflats op de achtergrond. Dat is een naargeestig sfeertje."
"Zoals in Roemenië?" vroeg oudste, "of in Bulgarije?"
"Ja, precies," zei ik, "en dat je dan rood krijgt na een overtreding bij de middellijn en onder een inktzwarte lucht van het veld moet lopen."
Oudste keek bedachtzaam voor zich uit. In zijn hoofd zocht het woord naar het juiste laatje.
"En als je dan de zondag erna weer rood krijgt, in de spelerstunnel ruzie maakt en bij thuiskomst in gesprek moet met boze supporters die uitleg eisen. Naargeestiger wordt het niet," voegde ik eraan toe. Oudste krabde zich achter het oor. Ik hoorde het kwartje vallen.
"Dus naargeestig is somber, akelig, diepbedroefd. Zoals nu bij de familie Bruma," zei hij toen.
Ik knikte. Hij had het begrepen.

zondag 1 december 2013

Sierd

De vroege uitzending van de Europa League liet zijn sporen na. Tijdens het partijtje kozen de jongens ineens voor AZ. Na zijn eerste doelpunt liep oudste weg met wilde armgebaren. Precies zoals hij Gudelj had zien doen na zijn goal donderdag tegen Maccabi Haifa.
"Mooie pass van Orties!" riep jongste erbij. 
"Je moet niet zeggen Orties," verbeterde oudste, gezegend met taalgevoel, "het is Ortief!" 
Ik huiverde.
Sierd de Vos, de commentator-cabaretier die de naam van AZ-middenvelder Celso Ortíz consequent uitspreekt met het tongpuntje tegen de boventanden, was ons leven binnengedrongen. 
"Ortief," oefende jongste, "Tjelso Ortief!"
Het partijtje werd hervat, maar door het tongetje van Sierd moest ik terugdenken aan Herman Kuiphof. Sören Lerby en Frank Arnesen speelden in de jaren zeventig al enkele seizoenen voor Ajax, toen Kuiphof tijdens Studio Sport het ineens had over Leerbuu en Ornessen. Kuiphof sloot zich ineens aan bij de uitspraak zoals dat in Denemarken gebeurde. Een principe dat gelukkig een vroege dood stierf; de Denen bij Ajax werden snel weer jongens van de gestampte Hollandse pot. Tussentijds kreeg Frank Snoeks het nog wel eens Portugees op de heupen als Luis Figoe aan de bal was, maar lang bleef die gekkigheid op een plank in de kelder liggen, totdat De Vos het daar afstofte en besloot om zijn tong tegen zijn gebit te laten slissen.
's Avonds, bij het avondeten, zat jongste met ongewassen handen aan tafel.
"Dat is vies!" zei zijn moeder.
"Dat is vief!" herhaalde oudste. Zijn tong perste zich tegen alles wat het vinden kon.
Ik zuchtte. Dit kon wel eens een lang seizoen gaan worden.